Was het leven maar zo simpel

Ik kan niet zeggen dat ik erg vrolijk ben vandaag. Er hangt een onbestendigheid in de lucht die ik niet kan duiden. We leven in een systeem dat in essentie niet deugt. Geld verdienen met geld. Het zwarte slijk bij laten drukken tot in het oneindige terwijl mensen ondertussen zo diep in de schulden komen dat ze zelfmoord plegen. En ook in de zorg is er iets niet pluis. Mensen worden in leven gehouden met de duurste medicijnen en vervolgens bij elkaar in huizen gestopt om daar te wachten op de dood. Ik trad gister op in zo’n huis. De voorstelling ging over pesten. Dat doen ze daar, net als op school.

Wij hebben een vriend met zware psychische problemen. Een prachtige Fransman die als stuntman werkte voor Hans Klok omdat hij bizar goed kan rolschaatsen. Dat kan hij op een podiumpje met een doorsnee van 55cm. Als een soufi danser houdt hij dat uren vol. Hij is zeer gepassioneerd en heetgebakerd, helaas is er in zijn jeugd in Parijs, in het louche hotel van zijn ouders, iets niet helemaal goed gedaan. Wat er precies gebeurd is komt nu steeds heviger boven drijven… Zijn Libanese vader een alcoholist, zijn moeder ontwikkeld maar wil steeds maar dat hij aan de zware medicijnen gaat. En dat wil hij persé niet. Been there, done that…

Wij proberen uit alle macht hem weer op de rails te krijgen, vooral mijn vriend, die hem al bijna dertig jaar kent en regelmatig betrok bij zijn projekten. Zo reisde hij bijvoorbeeld mee met de Europartrain.
Maar hoe? Het enige wat hem echt kan helpen is een groep om bij te horen, een vrouw om van te houden en kinderen om voor te zorgen…. Maar ja…

Zijn oudste zoon is 16 en woont in Avignon. Een prachtige jongen met blauwe ogen en sproeten die nu van school is getrapt en de coffeeshop al goed weet te vinden. Zijn andere zoon is nog klein, ook een geweldig kereltje, en woont bij zijn moeder in Amsterdam. Deze vrouw doet alles om hem te helpen, maar als je langer dan een uur bij onze mannelijke diva in de buurt bent dan snap je waarom dat lastig is.
Heel lastig.
Zijn spraakwaterval gaat over hem en hoe moeilijk het is en wat hij graag zou willen. Dat laatste verandert voortdurend. Is hij hier, dan wil hij naar daar en andersom.
Soms niet. Als hij fietst, tekent, danst, gitaar en/of mondharmonica speelt, verliefd is op de sociaal werkster… Dan worden zijn ogen zacht en is hij even gelukkig.

Ik denk dat hij bij ons circus hoort. Ons eerste wilde dier. Hans en ik hebben elkaar ontmoet op zijn verjaardag, hij had toen een mini-bioscoop bij de Nieuw en Meer, vlakbij een witte dôme, precies zo’n tent als ik altijd voor me zie als ik aan het dagdromen ben over Electric Soul Circus. Ik zie voor me dat deze woesteling de kern vormt van de show. Als hij begint te skaten start de connectie. We kunnen hem niet laten vallen. Als we dat doen is de kans groot dat hij het niet overleeft.
Wat hij nodig heeft is een kampertje en… showtime!

Was het leven maar zo simpel.