Puinhoop en gekte maar lekker om te doen

image

Deze collage maakte ik alleen. In een vlaag van ontevredenheid. Vorig jaar lente. ’t Is een puinhoop, ’t is een gekte. Maar wel lekker om te doen. Zie je die opengesperde mossel? Zie je die panda-foetus? Ja, de moeder is er ook bijgeplakt, voor de gezelligheid.
Gister deed ik mijn eerste rondleiding door Amsterdam, geweldige klus via het buro Stadsavonturen. Ik zong o.a. het lied ‘Ik doe wat ik doe’ op de wallen voor VWO eindexamen scholieren. Ik las hiervoor ook ‘Vals Licht’ van weilen Joost Zwagerman en andere na-oorlogse literatuur. Het was een literaire wandeling. Die mannen, die hoeren… Ik vind het een bijzonder verschijnsel. Ik probeerde me voor te stellen dat achter die ramen mannen en jongens zaten en dat er vooral eenzame oudere vrouwen voorbij zouden schuiven. Ja, en homoseksuelen, maar ik heb het nu vooral over de heteroseksuelen. ‘Zo mevrouwtje uit de polder, dagje alleen op stap? Wat wilt u? Ja, prima, ga maar even liggen dan neuk ik u klaar. 100 euro graag. Bedankt en tot ziens en nog een fijne dag…’

Ik was blij dat ik zong op die brug, blij en tevreden.
Ik brak m’n hoofd. Dat ook. Over hoe ik nou vaker met de mensen om kan gaan die ik zo graag mag. En wat te doen met dat verdomde internet? Welk platform gebruik ik en wat doe ik daar dan? Kijk, ik bereik nog niet zo heel veel mensen. Deze website heeft misschien 100 views per dag. Ik zal toch echt iets slims moeten verzinnen om uit te breken.
Ik dacht: ik maak een podiumpje in de huiskamer en ga dan live-streamen, video’s maken en een beetje kletsen. En zingen natuurlijk. Of… Ja! Live met mijn vriend George Mensink, van de lugubere noise-act en de fijne gongmuziek met klankschalen. Het is een ritueel wat hij doet. Ik ga rituelen doen in huis en in mijn tuinhuis. Ja! En dan hoge frequenties uitzenden en de juiste mensen aantrekken. En bidden voor de vrede. Met wie kan ik samenwerken? Met wie bouw ik iets op in deze waanzinnige wereld met oneindig veel mogelijkheden en perspectieven?
Ik ben blij met de artikelen van De Correpondent. Dat wilde ik ook nog even zeggen. Ze geven me houvast en ik voel me steeds stukken wijzer op een positieve manier. Bedankt daarvoor.
Eenheid van tijd en plaats en dan iets zinnigs doen. ‘Organisatie en adviesburo’. Dit is modern proza. Ik moet plassen. Ik heb net tien minuten op mijn trampoline gesprongen en ben lekker vrij vandaag. Ik ga mijn website verbeteren. En iets doen met Instagram. Ik zoek een kroeg om rituelen te hosten. Ik kleed me lekker sexy en nodig mijn vriendinnen uit.
Ik ben heel gelukkig en mega-enthousiast. Ik zag gister toen ik naast mijn mooie dochter in bed lag hoe razendsnel zij haar telefoon bedient. Ze maakt enorm veel goede grappen.
Dat was het. Puinhoop en gekte maar lekker om te doen. Doei.

 

Was het leven maar zo simpel

Ik kan niet zeggen dat ik erg vrolijk ben vandaag. Er hangt een onbestendigheid in de lucht die ik niet kan duiden. We leven in een systeem dat in essentie niet deugt. Geld verdienen met geld. Het zwarte slijk bij laten drukken tot in het oneindige terwijl mensen ondertussen zo diep in de schulden komen dat ze zelfmoord plegen. En ook in de zorg is er iets niet pluis. Mensen worden in leven gehouden met de duurste medicijnen en vervolgens bij elkaar in huizen gestopt om daar te wachten op de dood. Ik trad gister op in zo’n huis. De voorstelling ging over pesten. Dat doen ze daar, net als op school.

Wij hebben een vriend met zware psychische problemen. Een prachtige Fransman die als stuntman werkte voor Hans Klok omdat hij bizar goed kan rolschaatsen. Dat kan hij op een podiumpje met een doorsnee van 55cm. Als een soufi danser houdt hij dat uren vol. Hij is zeer gepassioneerd en heetgebakerd, helaas is er in zijn jeugd in Parijs, in het louche hotel van zijn ouders, iets niet helemaal goed gedaan. Wat er precies gebeurd is komt nu steeds heviger boven drijven… Zijn Libanese vader een alcoholist, zijn moeder ontwikkeld maar wil steeds maar dat hij aan de zware medicijnen gaat. En dat wil hij persé niet. Been there, done that…

Wij proberen uit alle macht hem weer op de rails te krijgen, vooral mijn vriend, die hem al bijna dertig jaar kent en regelmatig betrok bij zijn projekten. Zo reisde hij bijvoorbeeld mee met de Europartrain.
Maar hoe? Het enige wat hem echt kan helpen is een groep om bij te horen, een vrouw om van te houden en kinderen om voor te zorgen…. Maar ja…

Zijn oudste zoon is 16 en woont in Avignon. Een prachtige jongen met blauwe ogen en sproeten die nu van school is getrapt en de coffeeshop al goed weet te vinden. Zijn andere zoon is nog klein, ook een geweldig kereltje, en woont bij zijn moeder in Amsterdam. Deze vrouw doet alles om hem te helpen, maar als je langer dan een uur bij onze mannelijke diva in de buurt bent dan snap je waarom dat lastig is.
Heel lastig.
Zijn spraakwaterval gaat over hem en hoe moeilijk het is en wat hij graag zou willen. Dat laatste verandert voortdurend. Is hij hier, dan wil hij naar daar en andersom.
Soms niet. Als hij fietst, tekent, danst, gitaar en/of mondharmonica speelt, verliefd is op de sociaal werkster… Dan worden zijn ogen zacht en is hij even gelukkig.

Ik denk dat hij bij ons circus hoort. Ons eerste wilde dier. Hans en ik hebben elkaar ontmoet op zijn verjaardag, hij had toen een mini-bioscoop bij de Nieuw en Meer, vlakbij een witte dôme, precies zo’n tent als ik altijd voor me zie als ik aan het dagdromen ben over Electric Soul Circus. Ik zie voor me dat deze woesteling de kern vormt van de show. Als hij begint te skaten start de connectie. We kunnen hem niet laten vallen. Als we dat doen is de kans groot dat hij het niet overleeft.
Wat hij nodig heeft is een kampertje en… showtime!

Was het leven maar zo simpel.

Ja, ik wil, George!

Ik weet niet zeker of ik echt verliefd was op George, maar hij fascineerde me enorm. Een lange jongen op kisten met tal van duistere hobbies. Hij woonde om de hoek bij mij in Breda, in net zo’n zelfde herenhuis als ik maar dan een heel stuk burgerlijker. Hij was achtien, ik dertien. Dit hoorde ik laatst van hem toen we elkaar voor het eerst sinds lange tijd weer spraken. In mijn herinnering was ik vijftien, of zestien zelfs, nu begrijp ik beter waarom er nooit echt gezoend werd bij het afscheid. Beschaafd van jou, George, van mij had het best gemogen.
George had het zwaar, dat voelde ik wel. Het huis rook naar verdriet, er was iets ergs gebeurd, wat precies, dat wist ik toen niet. Het is bijzonder om dan nu, ruim dertig jaar later, te lezen op zijn blog over zijn jeugd, zijn ouders, alle tragiek die hem in het leven ten deel is gevallen. Zijn moeder bleek toen nog niet zo heel erg lang overleden te zijn, een moeder met wie hij in zijn kinderjaren een mooie, intieme band had gehad.
George is bijzonder leuk uitgepakt. Hij is vrolijk, doet wat hij wilt,  is geinspireerd. Via Facebook had ik hem al wel een aantal jaren weer in het vizier. George deed aan tarot lezen op serieus niveau (we deden ooit een online sessie), bracht met een mooie donkere dame twee dochters groot, zat in een heftige punkband (of hoe het subgenre ook moge heten) met de veelzeggende naam ‘Abattoir  Rouge’ en had een gruwelijke solo noise act waarmee hij veel succes oogste in binnen en buitenland. Naam: Kristus Kut (Zijn ouders waren diep gelovig).
Die George… Ik snap wel wat mij toen, en nu ook nog eigenlijk, in hem aantrok. Het opzoek zijn naar iets anders, iets diepers, manieren om je te uiten, jezelf vorm te geven. Het leven is kort!
Ik kreeg een uitnodiging om zijn klankschaalmeditatie te komen ervaren ergens in Amsterdam Oost. Prachtige sfeer, de noise had zich omgezet in liefde en vrede. Daar zat ie, zelfverzekerd tussen zijn reuzachtige gongen, omhangen met houten  kettingen en in een keurig witte blouse. Ik werd er een beetje verlegen van.

image

We gingen iets drinken na afloop en dat was heel gezellig. Het voelde vanzelfsprekend, we moesten er echt een eind breien. (Op bovenstaande foto heeft hij snel even een t-shirt aangetrokken van de lokatie).
George heeft ook een blog over deze ontmoeting geschreven en eindigt met de woorden: ‘Nee er is geen nieuwe romantiek ontstaan. Wel een warme vriendschap. Misschien nog wel mooier. Duurzamer.’
Ja, ik wil, George!
Wat ik ook geweldig vind is dat hij het, net als ik, niet onder stoelen of banken steekt een groot artiest te willen worden. Hij is nu vijftig en straalt als een kind dat een dansje doet voor zijn ouders en overmatig veel applaus krijgt.

Ga ervoor vriend, mijn zegen heb je!

Oh ja, hij werd na zijn echtscheiding ook nog even vader van een jongenstweeling en is Intensive Care verpleger. Inmiddels zijn zijn vader en veel jongere broer ook overleden.

www.georgemensink.nl,Klankkunstenaar

Raus mit der Wahrheit

image

De laatste week was behoorlijk stormachtig. Ik wilde elke dag iets schrijven maar dat is teveel van het goede. Dan wordt het loos gebabbel en daar zit niemand op te wachten.
Ik heb met mijn laatste blog ‘De aap uit de mouw’ veel teweeg gebracht. Mijn lieve vriend ongelukkig en twee nare anonieme reacties. Een aan mij gericht, van ene ‘kutjeslikker’ (zelfbenoemde eretitel). Een link naar een misdaadpagina, met daarbij de woorden: ‘Eindelijk beroemd!’ Op die site had iemand anders dan weer gepost: ‘Cato de Fluitezuiger, een van die Metoo trutten, is weer bezig’.

Wat een rotgevoel. Een angstige steek in mijn maag.

Hans kreeg een bericht over ‘die bitch die neukt met negers in het park terwijl haar kinderen naar school zijn’. In het Engels. ‘I warn you, mister!’

Tja, daar heb je het dus. Ik probeer uit mijn cocon te stappen en mijzelf naar een hoger plan te tillen en dan krijg je de wind van voren. Ik leer ervan want dit is niet waar ik op zit te wachten. Vooral niet omdat Hans zo verdrietig werd. Niet bepaald constructief.

Dat verhaal van die aap kwam voort uit frustratie. Ik probeerde mijn onvrede op een creatieve manier te uiten. Ik hoopte enige weerklank te vinden en mij daarna beter te voelen. Pffft… Het liefdesdal was dieper dan ooit…
Maar we zijn er weer bovenop en ik ontwikkel mij vrolijk verder!

De waarheid. Mijn waarheid. Mijn reflectie, hoe ik de wereld zie. Mijn wereld bestaat voor een groot deel uit mijn geliefde, mijn kinderen, mijn buren, mijn familie. Ik heb een hele fijne community opgebouwd. Samen. Dat ging niet vanzelf. Ik heb ruzie gemaakt, inzichten verworven en mensen (inclusief mijzelf) vergeven. Ik probeer goed te kijken, verder te kijken dan mijn neus lang is. Maar het blijft mijn eigen blik, die altijd beperkt is.

Joris Luyendijk, held, had via De Correspondent het initiatief ‘Kunnen we praten’ in het leven geroepen. Mensen kunnen delen waarom ze teleurgesteld zijn in de politiek, zonder meningen en hevige discussies. Een soort digitale talking stick (Oud Indianen gebruik, welbekend in spiri-kringen). Er is nu een boek van uitgebracht.

Ik ben slecht op de hoogte van ‘het nieuws’, maar soms lees ik wel eens een achtergrondartikel. Rutger Bregman (opperhoofd van De Correspondent) is opzoek naar manieren om de stevige polarisatie in de maatschappij tegen te gaan. Nieuwe manieren om de wereld te bekijken.
Ik denk: minder nieuws zou kunnen schelen. Mij lijkt die druk om steeds maar te moeten produceren heel vermoeiend. Er is toch al meer dan genoeg geschreven om de mens te amuseren? Oplossingsgericht nieuws? Vragend nieuws? Kijk, nieuws als: er is een boom gevallen op het fietsenhok van middelbare school bladieda (kreeg ik net van mijn dochter ge-appt) is relevant. Voor wie? Voor de mensen van wie die fietsen zijn, en voor degene die het hok moet reparen of de boom weg moet halen. Maar verder? Wat heb je er aan om zoiets te weten?

En wat betreft mijn blog: wat heb je eraan te weten dat ik er soms op zaterdagavond van baal (zeker als ik ongesteld moet worden) dat ik niet lekker in mijn eentje of met een paar vriendinnen uit kan gaan om jonge jongens te versieren… Of jonge meisjes… Of gewoon een beetje dansen… Ja, ik word ouder en dat is niet altijd leuk. Voor vrouwen die dat herkennen is dat fijn om te lezen. Zij voelen zich begrepen en gaan me bemoedigende berichten sturen.
En de mannen/mensen die dit te vrijpostig vinden, of te bedreigend, raad ik aan iets te lezen waar ze wel blij van worden. En mijn vriend? Die kent mij langer dan vandaag en heeft me alweer ruimschoots vergeven. Hij wil ook wel eens mee, op zaterdagavond!  (‘I want to steal horses with you’… )
Klimmen we samen stiekem uit het raam als de kinderen slapen…

Artwork by Kalli(Voodoo), November 2016

De aap uit de mouw?

By KalliVoodoo 30x40 cm, paper and glue

Zo nu en dan komt bij mij de aap uit de mouw. Dan stroomt er gif uit mijn keel, spuit er vuur uit mijn ogen en willen mijn nagels krabben. Ik ben een pestkop en ik wil los!
Maar dat kan dan niet, want ik heb kinderen, welliswaar al best oud, maar ik kan niet zomaar, hup, het huis verlaten, hup, hop, weg op de fiets. Vooral niet omdat ik een vriend heb. Een vaste vriend, zoals dat heet. Tegenwoordig zijn losse vrienden ook zeer in de mode, maar niet in mijn geval. Hij wil niet los, hij wil vast, vaster, vast en meestal vind ik dat heel fijn.
Maar soms dus niet, zoals nu. (Saturday ni-ight! Ik wil naar Sexyland!) Dan ben ik bloedchagerijnig en baal ik ervan dat ik, nu ik nog nét niet oud en gerimpeld ben, allerlei mooie kansen op avontuur en liefde misloop.

Het is zo, dat toen ik in mijn twintiger jaren was, ik voornamelijk depressief was. Of in elk geval niet onbevangen van het leven kon genieten. Ik was streng voor mezelf en niet erg ‘go with the flow’. In mijn tienerjaren moest ik vaak huilen bij de bushalte als ik afscheid nam van mijn vriendje die in een dorp buiten Breda woonde. Ik was jaloers, ik deed moeilijk, maar oh wee, toen ie even op vakantie was ging ik er met een ander vandoor…

Toen ik in de dertig was had ik al meer plezier, al hadden de vader van mijn kinderen en ik een behoorlijk zware tijd.
Ik ben van nature niet monogaam. Dat weet mijn vriend met wie ik nu samenwoon, maar hij komt stevast met allerlei argumenten waarom het echt beter is om het bij één geliefde te houden. En hij heeft ook wel een punt, en gaat ook niet alleen om de seks, het gaat om… tja…om… los… vrij… rondlopen als een bonobo aap, alwaar de vrouwtjes het voor het zeggen hebben en het samenleven vreedzaam verloopt. Lekker veel knuffelen met iedereen en vrolijk dansen. Net als in de jaren zeventig. Lekker stoned op een bank hangen en vanalles uitproberen. Rock ’n roll!

Waarom ben ik dan eigenlijk zo godvergeten braaf! Waarom zet ik niet stiekem de wekker en sluip het huis uit, op naar een spannend afspraakje met mijn jonge punk adonis op wie ik al jaren ( o.a.) niet zo heel erg heimelijk verliefd ben? Waarom doe ik dat niet?
Ik droom van punk en rock en wild, ondertussen doe ik rustig aan, slaap meer dan genoeg en heb veel te weinig adrenaline. Zo kan ik toch geen bergen verzetten! Hallo wereld, hallo stoere vrouwen, zullen we er samen op uit trekken? Zoals ik al eerder zei, vriendinnen zijn, of waren vooral, lastig terein. Wellicht ook omdat ik nog welhaast onontgonnen bi-seksueel ben. (En gewoon goed, zo niet beter, met mannen overweg kan). En ja. Dat mag iedereen weten. Dat van dat bi. Uiteraard…. Dat vind ik juist stoer en heel erg hip. En popartiestachtig. Maar wat moet ik ermee? Iemand een idee? ( Kan ik zelf ook wel bedenken natuurlijk, maar dan word ik erg verlegen…)

Bovenstaande collage maakte ik samen met mijn vriend, als duo KalliVoodoo.
Ik vind haar goed gelukt.
De aap uit de mouw? Voorlopig ben ik trouw.

Artwork by KalliVoodoo, 30×40 cm, paper and glue

Hongerig opzoek naar de grenzen van het bewustzijn

Dag drie schreef ik niet omdat ik elders was. Geen excuus trouwens, in deze tijd van mobile devices. Dag drie van de uitdaging elke dag te schrijven over wat ik wil creëren in dit leven. En te zien of dat dan helpt mijn dromen dichterbij te laten komen. Nou, dat doet het!

image

Ik was op een bijeenkomst gister, op Ruigoord, in de Salon van Michael Kamp, georganiseerd door Luc Sala. Twee publieke figuren die veel van de mensen die dit lezen zullen kennen. Denk ik. Geen idee. Er waren ook tal van andere publieke figuren. Zoals de Chinees Dr Gino Yu,  getrouwd met een miljardair en mede-initiator van Evolving Caravan, de kapstok onder welke wij samen kwamen.

Met hen was ook Josh Whiton, een ondernemer in duurzame energie en paranormaal begaafd spreker. Een knappe jongen met een alienachtige uitstraling. ‘Die jongen alleen is al 30 miljoen waard’, sprak Luc, die duidelijk jaloers was en minstens twee keer zo oud. Luc is welliswaar een boeiend spreker en bezit enorm veel kennis (hij kan alles weten dankzij een gouden pendeltje welke hij veelvuldig raadpleegt en waar ik mateloos gefascineerd door ben), maar de vrouwen zaten na een tijdje mooi wel in een kringetje aan de voeten van King Josh en niet gezellig bij Luc, die met een kleedje over zijn benen op de hangbank zat.
En er waren nog allerlei andere belangrijke types. Ik had me er enorm veel van voorgesteld toen ik de uitnodiging las. ‘Opzoek naar de grenzen van het bewustzijn’… Ik was de avond ervoor op mijn gammele fietsje gestapt toen ik hoorde dat Luc, die ik al langer ken en zeker een warm hart toedraag, in de IJsbreker zat te dineren met de hele ‘evolving’ karavaan. Een lange tafel, Luc aan het hoofd. Allemaal mannen, één vrouw.

Ik werd voorgesteld als muzikant, ging zitten tegenover de zelfverzekerde en ondoorgrondelijke Chinees, nam een muntthee en ging een uur later weer naar huis om met mijn geladen telefoon wat inspirerende vrouwen op te trommelen. Belachelijke toestand. We gingen de wereld redden (dacht ik) zonder vrouwen! Hoe onmogelijk ouderwets!
Ik kon haast niet slapen van de zenuwen. Ik zou muziek gaan maken, ‘Mijn Grote Ideaal’ zou besproken worden, twee van mijn intrigerendste vriendinnen zouden komen en het was nogwel op Ruigoord, de plek waar ik ondanks alle haken en ogen erg veel van houd.
We kwamen aan. Beetje koud. Mijn vriend Hans Kalliwoda was ook mee. Met zijn reeds gerealiseerde droom onder zijn arm in de vorm van een fotoboek en een licht kritische houding vol vragen had hij mij en mijn vriendinnen tot voor de deur gebracht. Fijn! Ik had er op gestaan onze beste collage mee te nemen (wij zijn een duo onder de naam KalliVoodoo). De collage vertelt over de nieuwe tijd, internet als handelstool, vrouwen aan het roer, onpijlbare dieptes, oneindige hoogtes…

Een groep van twintig man in een kring. Twee uur ’s middags tot tien uur ’s avonds. Thee en koffie bestellen bij de bar. Host Michael moet ook iets verdienen. Het event kostte 40 euro inclusief eten. Blijkbaar zonder thee en koffie. Er was iets mis gegaan met de onderlinge communicatie. Ik hoefde niet te betalen want ik maakte muziek. En Luc had beloofd dat als ik voor meer vrouwen zou zorgen zij dan ook niet hoefden te betalen. Daarmee trok ik ze dan ook over de streep…
Uiteindelijk was er voor iedereen een kopje soep. Zonder brood. Ik kon het niet geloven. Al die stinkendrijke mannen en dan zo ongastvrij. Waarom?

We moesten allemaal onze droom opschrijven en daarvan werden er dan een paar besproken. Ook vertelde Luc lukraak iets over dat mensen die met een keizersnee zijn geboren slapper in het leven staan en dat dat heel erg is. Voor hen en voor de wereld. Alles ging in het Engels, ik miste de point een beetje, maar zijn houding als allesweter (‘I’m writing a book about this’ ) schoot een vrouw in het verkeerde keelsgat. Zij sprak zich uit en was duidelijk geraakt. Er werd gesproken over het grote aantal mega intelligente mensen in de ruimte. ‘Some of us are extremely gifted’. En sommige van ons dus doodnormaal. De vrouw voelde zich niet veilig.
Later begreep ik dat zij zelf heel goed is in het vormgeven van bijeenkomsten als deze en zich doodgeërgerd had aan de slordige gang van zaken.
Toen gebeurde er iets moois. Mijn liefje Hans stond op en zei tegen de geëmotioneerde vrouw: ‘Can I give you a hug now?’. Ik schoot vol omdat het heel oprecht was. Vervolgens werd er een droom getrokken door een van mijn intrigerende vriendinnen. Het was de droom van Hans, dat vond ik geen toeval, hij had het verdiend. Hans die al heel wat bereikt heeft in zijn leven en nog nooit een therapietje heeft genoten deed zijn best het juiste jargon te bezigen. Hij was door Luc de sjamaan uitgeroepen tot ‘gatekeeper of the north’, een positie van waaruit hij de Inuits in ons midden bracht.
Hans werd telepatisch onder handen genomen door een roodharige Engelsman met een vliegensvlugge tongval en overgevoelige ogen. Een lieverd, maar hij week veel te veel uit. Hans grote probleem is geld. Hij heeft het welliswaar voor elkaar gekregen een kunstwerk van 1,2 milhoen euro in elkaar te draaien (the world in a shell) maar krijgt het monumentale ding niet verkocht. De bedoeling is dat hij ermee de wereld overgaat en opkomt voor bedreigde culturen zoals die van de Inuits. Dat kost geld. En Hans is geen zakenman. Maar echt niet dat Luc zei: kom eens gezellig praten, of dat de Chinees met een hulpvaardig idee op de proppen kwam. Niets van dat al.

Het was pauze, ik speelde wat muziek, de stemming ging omhoog en Luc ging rond met een zakje toverpillen. Ik weet niet precies hoe ik het gedeelte hierna op integere wijze kan beschrijven omdat ik niemand in de problemen wil brengen, maar een ding is zeker: de wereld hebben we niet gered.
Mijn andere intrigerende vriendin speelde op haar mooie rode accordeon en keek diep in de ogen van king Josh die schichtig spiedend het energetisch veld checkte en even later onder een kleedje gestrekt op de grond lag met zijn hoofd in de schoot van een poëtisch ogende vrouw. Luc had hem er liever niet bij gehad. Als ík het opperhoofd was geweest had ik hem juist de leiding gegeven. ‘There are to many magicians in the field ‘ had ik King Josh horen mompelen. Een goed leider zet mensen in hun kracht en verdoofd ze niet met groene prullaria, die de King overigens minzaam links had laten liggen. (Had ik dat ook maar gedaan…)
Er werd gepraat en gebabbeld en geglimlacht. Er werd hier en daar een omhelzing  uitgedeeld. Ik verveelde me en had honger. Teleurgesteld. Nog twee uur te gaan.
Ik heb me vermand en een paar leuke vrouwen gesproken, waaronder Martha van psychedelic society nl. Met haar ga ik samenwerken.

Dat heb ik wel geleerd gister: het is tijd voor mij om leiding te nemen. Niet als een aap op een berg maar dansend in een kring met andere vrouwen en mannen. Allemaal samen, lekker eten en drinken, en niet lullen over bewustzijn en community maar bewust ZIJN ín community en elkaar echt helpen. Zoals Hans dat doet. Mijn huisgoeroe. Ik zei het al: ik ben gezegend.

Ik hoop dat dit verhaal een beetje te volgen was. Het had uiteraard nog allerlei zijtakken die ook mooi zijn om te vermelden maar dan kom ik nergens meer aan toe vandaag.

(Het is inmiddels de vijfde dag van mijn voornemen, zoveel tijd had ik nodig om het een en ander te verteren…)

Klaar voor vandaag

Ok. Dit is dus moeilijk. De uitdaging is: een maand lang elke dag iets schrijven over wat ik wil creëren in dit leven in de hoop dat het dan ook zal gebeuren. Maar zo eenvoudig is het niet. Ik zal toch echt concrete, lastige stappen moeten ondernemen, zoals mensen opbellen, investeerders zoeken, een bedrijfsplan opstellen, borrelen, lunchen, bonnetjes aftrekken van de belasting…
Nee. Een mens in de vijfde dimensie zit, zucht, is tevreden en ziet hele droomkastelen voor zijn geestesoog ontstaan. Voel het, zie het voor je, weet dat het al zo is… Hm. De gulden middenweg bewandelen. Dat doe ik al een beetje. Ik ben tevreden, zit en zucht. Ik borrel (alcoholvrij), trek bonnetjes af en daarnaast ben ik dus ook moeder. Moeder en huisvrouw. Elke dag ben ik er weer verbaasd over. ‘Oh ja, ik moet nog koken, oh ja, de was, oh ja, de tandartsafspraak voor Pietje, oh ja, oh ja, oh ja en ik wilde eigenlijk een circus beginnen, nee, ik drink eerst nog wel even thee met de buurvrouw’.
Ik heb een luizenleven. Letterlijk. Vanochtend stond ik de haren van mijn mooie dochter te kammen die nu al minder gilt en in hippe kiloshopbloesjes en met Dr Martins schoenen maat 42 naar de middelbare school fietst. Mijn zoon is zuinig en kocht laatst een Tommy Hilfigerjas. Fijne kinderen. Zomaar gekregen. Gecreëerd. Door mij heen ter aarde besteld. Zo voelt het. Ik had nooit gedacht moeder te worden. Het gebeurde gewoon. Eerst een jongen, een jaar later een meisje. Beiden zeer goed gelukt. Dat zegt iedereen. Iedereen behalve huisvriend Sjaak die zelf geen kinderen heeft en vindt dat ze lui zijn. Dat zijn ze ook. Maar daar gaat het nu niet om. De opvoeding is nog niet voorbij en naarmate ik mij meer ontwikkel ontwikkelen zij zich met mij mee. Fijn.

Dus ja. ‘Life is what happens to you while you’re busy making other plans’. De beroemde uitspraak van John Lennon.
Ik ben er altijd van overtuigd geweest dat ik beroemd zou worden. Dat werd ik niet en dat vind ik jammer. Niet dat ik de moed heb opgegeven. Oh nee! Misschien word ik wel honderdtien, ik heb nog alle tijd…
Maar nu dan mijn tactiek. Mijn strategie. Mijn unique selling point. Ik heb geen idee. Ik doe maar wat. En ik vind het heerlijk. En lastig. En dit blogbericht heeft kop nog staart, maar dat is dan maar zo.

Hieronder een familiefoto van toen mijn vader nog leefde. De foto is genomen toen mijn zoon vierde dat hij naar de middelbare ging. Mijn vader was een kunstenaar met zeer veel gevoel voor humor. Hij had ook beroemd willen worden en was diep teleurgesteld toen het anders liep… Een heel verhaal natuurlijk met in de kern van zijn drama een zeer depressieve moeder, een heks zonder uitlaapklep. Dat ben ik gelukkig niet (meer). Mijn kinderen lopen jubelend door het huis. Klaar voor vandaag.

Weg met al die beren op de weg!

Ik schrijf mijn droom…
Al duizend keer heb ik het bedacht. Als ik nu eens opschrijf wat ik voor me zie, mijn buitenissige droom, mijn diepgewortelde drijfveer… Als ik nu eens omschrijf waar ik naar verlang, wat ik mee wil maken met al die leuke mensen die ik haast nooit zie maar wel een beetje ken en waarvan ik vermoed dat ik veel plezier met hen zou kunnen hebben… Al duizend keer zag ik mezelf orerend op een podium, over dat we het samen kunnen maken, dat we ons ‘alleen maar’ hoeven te organiseren, dat we zoveel te bieden hebben! Samen onderweg met een circus (Electric Soul Circus), virtueel en in het echt.

Mijn wereld is prachtig. In mijn wereld is geen oorlog, zijn er (nog) geen overstromingen en lijdt er niemand honger. Behave ikzelf, maar dat komt omdat ik een kuur doe. Een Aloe Vera kuur met pillen en poeders en ik voel me er ontzettend sterk door. Sterk en mooi, ik pas na vijf dagen alweer broeken en rokjes van voordat ik moeder werd.
Ik ben gezegend, ik ben ontzettend gezegend. Laatst deed ik een hypnose sessie bij mijn favoriete goede fee, en daar uit bleek dat ik mijn innerlijk huwelijk voltrokken heb. Ik werd gezegend door Jezus en Maria (“Wow! Ze komen zelfs allebei!”, riep de hoogbegaafde oppervrouw uit). Ik stuurde nog even een laatste kwade energie het universele bos in en dat was dat.

Foto: Hans Kalliwoda

Wat een vage shit, zullen sommige van jullie misschien denken. Dat kan me geen reet schelen. De mensheid is aan het transformeren naar de vijfde dimensie, de frequenties gaan omhoog, de aarde is zich van binnen uit aan het herstellen en er komen prachtige tijden aan. Zo is het (ik google nog even snel het een en Andre na) en ik kruip uit mijn cocon om hier als violette lichtwerker aan bij te dragen. Want dat er nog veel te doen is zal ik zeker niet ontkennen.

Oh ja, ik vloog onder hypnose ook nog als mannelijke adelaar over de aarde met een briefje in mijn bek. Een boodschap van mijn hogere zelf. ‘Jij bent goed’ stond er op. En zo is het maar net. Geen angst meer om voor narcistisch te worden versleten, voor asociaal of bot. Being in the centre is part of my job. Mijn waarheid spreken ook…. Zo ben ik geboren en ik kan er maar beter van genieten. En dat doe ik al heel vaak. Ik maak mensen blij met mijn accordeon en zang. Lucky bastard I am.

Morgen verder. Nu even theedrinken in mijn tuinhuis met mijn toegewijde vriend, die ook bovenstaande foto heeft gemaakt. Spring op! Weg met al die fucking beren op de weg…

Overlopend van liefde….

Ja hoor, daar zat ik dan! Ik was officieel ingehuurd door Theater Gajes uit Deventer die samenwerkten met theater Young Ones uit Zwolle. De gemeenten van beide steden wilden een cultureel kado aanbieden aan Kampen, alwaar de Hanzedagen plaatsvonden afgelopen weekend.

Cato Fluitsma 2017 Kampen 06

Dit kado werd een parade in de vorm van een rijdende boot, vreemde stepscooters, nog vreemdere rollende wipwaps met enorme wielen, steltlopers en een heel groot paard met bewegende benen en een reeds lange voorgeschiedenis in het wereldwijd verbreide lokatietheater van Gajes.

Dit alles werd aangestuurd door accu’s en voortbewogen door de jongeren van Young Ones, verkleed als clownachtige PEC Zwolle en Go Ahead Eagles supporters. Er was een echte acrobaat met een Vlaams accent die tegen gevels opklom en in de mast van de boot zwiepten. Er was een stoere motoragent  in de vorm van een van de regisseurs. De andere was hoogzwanger en heel tevreden. Er was mijn naaste collega Sebastiaan Flier met wie ik heel fijn heb samengewerkt. Hij reed voor me uit op ‘ de aap’, een grappig karretje met daarop van allerlei muziektechnologische apparaten, een electrische gitaar, decoratieve trommels en een mandoline.

En er was nog zoveel meer! Ontploffende winkels, hitte, levensgevaarlijke toestanden… Het was geweldig! Ik mocht een complete diva zijn en reed al wuivend en zingend door de winkelstraat. ‘Hallo! Hier is Sinte… eh… Anne Margot! Hallo lieve mensen! Wat een prachtige dag! ‘

Ik had een slotlied geschreven. De tekst luidde o.a. als volgt:

‘Wij brengen een kado… van Deventer en Zwolle, ’t Is echt, niet om te dollen… mijn hoofd gaat er van tollen! Wij brengen een presentje, want Deventer verwendt je. En Zwolle doet niet onder, het is een wereldwonder! Overlopend van liefde voor Kampen, overlopend van liefde’ …  ‘ Het water stroomt, het water droomt…  van broederschap en zusterdom. Het water geeft, het water leeft met ons mee. Hoezee!! Niets houdt ons tegen, geen waterwegen, geen dijk geen brug, geen weg terug!’
De acteurs zongen vrolijk mee, Bas tokkelde nauwkeurig edoch relaxed op zijn nieuwe mandoline…. wat een heerlijk gevoel!

image (5)

Hier zie je Miss Anne Margot met de burgemeesters van Zwolle en Deventer en acteur Boudewijn Scholten, die de burgemeester van Kampen op gouden schoenen een stralend gezicht gaf… Hoezee! (Allen: Hoezee!!!)

 

 

 

Jingle hell (with love)

Ik zit in de trein. Rumour om me heen. Telefoongesprekken. Stotterende stem. ‘Ja, fock it, ik zit er ook een dag en een nacht, hij moet zelf maar weten of hij komt. Is toch niet mijn probleem?’  ‘

‘Can I introduce myself to you?’ Stem met accent. Versierpoging in mijn blikveld. Norse meid met teveel make-up, wanhopige jongen met tatoos op zijn schedel en een walm van eenzaamheid om zich heen. De meid wijst hem af en doet haar oortjes in.

Mijn vader is ernstig ziek. Hij wordt beter. Dat weten we allemaal zeker. Ik droom al de hele week over zijn getraumatiseerde broers en zussen die ronddwalen in katholieke kerken of feestvieren tussen de junks.
Gister is mijn kies getrokken. Hij was al jaren dood. Een hele opluchting. De brokstukken lagen er bloederig bij, kleiner dan ze voelden in mijn opengesperde mond. Ik proefde spetters bloed. Ik zag een klein stukje ijzerdraad. De wortelkanaalbehandeling uit 2001.
Mijn zoontjes ketting gaat steeds van zijn fiets. Zijn fiets is een barrel, samengesteld uit meerdere roestige onderdelen, in elkaar geknutseld door een Tjechische kunstenaar met recycle-idealen. De fiets ziet er stoer uit, maar het arme joch ploegt met angst en beven naar IJburg op en neer, waar zijn lieve vader woont. Things to do.
Mijn dochter speelde ontroerend piano tijdens de kerstviering op school. De hele klas zong mee. Een lied over straatkinderen en eenzame moeders. Ik schoot vol. Haar leraar, die nogalleens woedend en foute woorden spuwend uit de hoek kan komen, was nu trots en bevlogen.
Mijn zoontje moest en zou een broodje donner. Wegens zijn goede cijfers. Ik vond het goed en toog naar de shop. Op de toonbank een bus met Turkse teksten en afbeeldingen van mensen op kleedjes. ‘Waar is het voor?’, vroeg ik dom en peuterde een euro uit mijn portemonnee. De Syrische vluchtelingen. Natuurlijk. Ik bood mijn excuses aan en vertelde trots dat mijn buurvrouw elk weekend een Syrische vluchtelinge te logeren heeft. Ik was als de dood om haar te ontmoeten. Bang voor de confrontatie. Die confrontatie kwam toch. Ze was uiteraard heel aardig en ja, natuurlijk had ze honger gehad tijdens de reis. Maar dat voel je niet meer na een tijdje. Ze had haar moeder en broer achter moeten laten. Haar puberende zus ging met haar mee. Dankzij haar heeft ze hoop kunnen houden.

Ik ga naar mijn vader. Met de trein. Nu heb ik rust om iets te schrijven. Op eenentwintig december, midwinter, had ik twee optredens. Een hippieachtige bijeenkomst in het Oosterpark was verplaatst naar de lounge van het Tropen Hotel vanwege de regen. Motregen bleek. Het was er akelig stil tussen de slecht versterkte optredens door. Er waren Indianen met trommels, een lieve vriend die ik lang niet had gezien had de leiding. Er was liefdes-chocola. Twee fotografen kregen ruzie en vlogen elkaar naar de strot.
Ik zong mijn strijdliederen. Een droevige serieuze en een een vrolijke met humor. Ik kletste maar wat vantevoren. Ik was net op tijd aan komen sjezen. Ik vertelde over mijn kies die er uit moest. Ik ga nergens een standpunt over innemen. Ik kijk wel drie keer uit. Na mijn optreden kwam er een man naar mij toe die mijn vinger begon te masseren en mijn geliefde daarbij stoicijns aankeek. Later een man die een drukpunt op mijn kaak aanwees. Lief. Ze wilden mijn kies genezen. Leed nodigt uit tot contact. Misschien moet ik wat meer narigheid posten. Maar nee, daar ben ik niet voor besteld.

Ik was wel besteld in de Wijnbar op het Westergasterrein. De wijnbar van Anne. Dat was nog es leuk! Ik had mooie kleren aan, vond ik zelf, en zong liedjes aan de tafels. Dat was een succes. Er waren allemaal belangrijke mannen. Zoals de directeur van het terrein en meneer Flint, van wijlen de gebroeders Flint. Hij speelt ook accordeon. We speelden even samen. En mijn muze kwam, de jonge dichter en electro-nerd Jan Modaal, waar ik altijd vrolijk en mijn vriend een beetje zenuwachtig van wordt. Mijn vriend, mijn geliefde, had bezoek van een oude makker die met zijn twee volwassen dochters wijn kwam drinken. Een verdwaalde rock en roller. Overal gewoond. Nergens meer echt thuis. Wat nu te beginnen?
Ik schrijf in flarden. Flarden tijd, flarden verhalen. Verteller Willem de Ridder was ook bij de hippie bijeenkomst. Ik had geen rust om naar hem te luisteren.
Ik was ook nog jarig van de week. Vierenveertig ben ik geworden. Zelf ben ik behoorlijk blij. Ondanks mijn vader en wijlen mijn kies. Ik had voor mijn vader een Sjamanistisch kunstwerk gemaakt. Plaatjes uitgeknipt van krokodillen en ooievaars, een cowboy opa en heel veel liefdesenergie. Het werd een mooi abstract geheel. Toen ik het maakte was ik er van overtuigd dat het zou helpen. Om zijn shit onder ogen te zien. Zijn depressieve, hysterische moeder een lesje te leren… Hij was er erg blij mee. ‘Fijn, iets zonder woorden waar ik in kan verdwalen’, zei hij. Mijn moeder heeft hem een Ipod met klassieke muziek gegeven. Nu kan hij eindelijk een beetje slapen. Van de eerste slaappil in zijn leven ging hij hallucineren. Hellucineren waarschijnlijk. Mijn vader is geweldig. Hij is de allergrappigste persoon die ik ken en de zachtheid zelve. Maar diep van binnen… Woekert er iets en het moet er nu uit. Mijn moeder is een held. Stoer en kordaat en absoluut geen zeurpiet. Ze houden erg veel van elkaar. Ik heb zoals dat heet een goede basis. Ik krijg elk jaar schoenen van mijn moeder. Die gaan we straks kopen, na het bezoekuur.
Mijn vaders stem klonk zacht door de telefoon. Ik moest er van huilen. Mijn moeder zei dat hij door een heel klein gaatje kroop.
Jinge Hell. En dan het plannen van de kerstdagen met al die samengestelde gezinnen. Ik ga ook nog werken. Als musicerende ijskoningin in het Dolfinarium in Harderwijk. Het Dolfinarium…
Nu drink ik thee uit de FlowTea fles die ik van mijn kinderen voor mijn verjaardag heb gekregen. ‘Goede middag!’, zegt de conducteur een keer of dertig, ‘en een fijne reis nog…’

image

In de trein terug spreek ik mijn geliefde en bedenk me hoe mooi ik zijn stem vind. En hoe lief. Mijn vader had mijn kunstwerk niet een keer meer bekeken. Vanmorgen kreeg hij te horen dat het erger was dan ze dachten. Ik heb hem bezworen vragen te stellen. Kwaad te zijn. Maar hij is moe. Toen ik hem zei hoe geweldig ik hem vind als kunstenaar kreeg hij een beetje meer energie, hij wilde wandelen over de gangen met slangen en al, om de lelijke ziekenhuis kunst te bekijken. Sommige mensen kunnen zichzelf goed verkopen. Mijn vader niet. Toen ik weg ging at hij een appel. Voor het eerst sinds weken.

Met mijn moeder ging ik lunchen en winkelen. We hebben een goede band maar maken daar te weinig gebruik van. Het Glazen Huis staat in Breda. We werden gefouilleerd. Daarna gingen we nog naar de winkel van het Leger des Heils. Alle nieuwe schoenen waren saai. We raakten samen buiten zinnen. Ik kreeg van haar wat kleren, waaronder een broek, net iets te strak. Ik hou van uitdagingen zullen we maar zeggen. Op het station at ik toch maar een kroketje toen de trein nog niet reed.
Oh ja, en ik ging nog met mijn moeder naar een sexshop om een opblaaspop te kopen. Het is Britney geworden. Britney was in de aanbieding. Voor mijn videoclip bij het liedje ‘Pomp me op, ik ben een opblaaspop’. Ga ik zingen tijdens het Balonnenfeest in Paradiso. Met projecties erachter, verkleed als man.
Ik hoor net dat er iemand voor de trein is gesprongen.
Nadat mijn Ipad leeg is en de telefoon van mijn buurvrouw ook hebben we een goed gesprek. We wachten drie uur. Ze studeert social innovations en heeft een projekt gedaan waarin treinreizigers hun mobiel voor een uur afstaan.

Het was een groot succes.